ADN

110,00

Cor Schot (author)
ISBN: 978-90-831243-5-3
Issued: 2023


Voor het vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren van de EU gelden regels en afspraken. Deze zijn opgenomen in het ADN, het Europees verdrag inzake het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren.

Voor een interview met de redacteur over het belang van ADN, klik hier.

 

 

In stock

SKU: 978-90-831243-5-3 Categories: , , ,

Description

ISBN: 978-90-831243-5-3

Voor het vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren van de EU gelden regels en afspraken. Deze zijn opgenomen in het ADN, het Europees verdrag inzake het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren.

De belangrijkste wijzigingen in het ADN 2023:

  • In ADN 1.1.4.7 wordt het mogelijk gemaakt hervulbare drukhouders te vervoeren die zijn toegelaten in de Verenigde Staten van Amerika, Departement van Transport, Dit kan onder het artikel voor afwijkingen bij mulitmodaal vervoer, ADN 1.1.4.2.1 met een extra aantekening in het vervoersdocument, ADN 5.4.1.1.24.
  • In ADN 1.2 (Definities en meeteenheden) zijn de afkortingen die hierin genoemd staan, zoals ADN, GHS, SOLAS, e.d. verwijderd uit ADN 1.2.1 en geplaatst in een nieuw hoofdstuk ADN 1.2.3, lijst met afkortingen. Deze wijziging is begrijpelijk: afkortingen hebben niets met definities te maken.
  • In ADN 1.6 (overgangsvoorschriften) is voor 7.2.3.20.1 aangegeven: Verbod op vullen van kofferdammen, niet ingericht als dienstruimte, met water – N.V.O. Vernieuwing Certificaat van Goedkeuring na 31 december 2038. Aan boord van in bedrijf zijnde schepen moet aan de volgende voorschriften worden voldaan: Kofferdammen, niet ingericht als dienstruimte, mogen worden gevuld met water gedurende losoperaties om trim en zo goed mogelijke afvoer van residuen mogelijk te maken.
  • In ADN 1.6.1.49 is vermeld dat figuur 5.2.1.9.2 van toepassing tot en met 31 december 2022, nog mag worden toegepast tot en met 31 december 2026. Dit betreft het kenmerk voor Lithium batterijen.
  • In ADN 1.16 is een nieuwe alinea toegevoegd: e) In afwijking van subsecties a) tot en met d): de datum van aanbieden voor de eerste inspectie ten behoeve van het verkrijgen van een Certificaat van Goedkeuring na verandering van een type tankschip, type ladingtank of ladingtank ontwerp naar een ander type of ontwerp van een hoger niveau.
  • In ADN 2.2 en 3.2 tabel A: UN 1169 Extracten, aromatisch, vloeibaar is verwijderd en is geïntegreerd in UN 1197 Extracten, smaakstoffen, vloeibaar Dit nummer krijgt nu vervoersnaam: UN 1197 Extracten, vloeibaar.

Alle UN nummers waarbij de bijzonder bepaling 386 staat (vervoer van stoffen die door middel van temperatuurbeheersing gestabiliseerd worden) wordt aangevuld met bijzondere bepaling 676. Deze stelt dat onder bepaalde voorwaarden niet aan de voorschriften van BP 386 hoeft te worden voldaan.

  • In ADN 5.4.1.1.3.2 is een artikel ingevoegd voor het vervoer van afval. Wanneer het op de plaats van belading niet mogelijkheid is de precieze hoeveelheid te meten, mag de hoeveelheid onder een aantal voorwaarden worden geschat. In het vervoersdocument moet de volgende verklaring zijn opgenomen: “HOEVEELHEID GESCHAT VOLGENS 5.4.1.1.3.2”.
  • In ADN 7.2.3.1.1, dat kofferdammen leeg moeten zijn, is de tekst aangepast: Kofferdammen moeten leeg zijn, zolang de naastgelegen ladingtanks niet leeg zijn. Ze moeten gecontroleerd worden voor iedere vulling, indien ze niet gevuld worden moeten ze frequent gecontroleerd worden, minstens eens per week, om te verzekeren dat ze droog zijn (met uitzondering van condenswater).
  • In ADN 7.2.4.41 waar gesproken wordt over “geen vuur of onbeschermd licht aanwezig zijn en mag niet worden gerookt” is de tekst aangepast dat dit ook geldt voor elektronische sigaretten. Een duidelijke uitbreiding van de veiligheidsmaatregelen. Het ADR kende deze bepaling al langer.
  • In ADN 8.2 (opleidingen) wordt aangevuld dat het examen “Tankvaart” of “Combinatie Droge lading vaart en Tankvaart” pas mag worden afgelegd na het behalen van het basis-examen. Hier wordt duidelijker vastgelegd dat de eerstgenoemde examens aanvullende examens zijn op het basis-certificaat.
  • In ADN 8.2.2.7.1.1 is de tekst om binnen 6 maanden na de opleiding het examen te doen uitgebreid met: “Indien een kandidaat zakt voor het examen, mag de kandidaat het examen tweemaal herhalen gedurende de zes maanden periode zonder de basiscursus nog eens te moeten bijwonen”. Hier wordt dus een beperking gesteld om zonder opnieuw de opleiding te volgen eindeloos examens te kunnen blijven doen. Een en ander geldt ook voor de vervolgopleidingen.
  • In ADN 2.2.7.2.5 is de tekst ook aangescherpt: Indien de kandidaat zakt voor het examen, mag de kandidaat het examen herhalen, volledig of gedeeltelijk, gedurende de zes maanden periode zonder nog een vervolgopleiding nog eens te moeten bijwonen. Als de 44 punten niet zijn bereikt, moet het examen volledig worden herhalen. Als de kandidaat tenminste 44 punten bereikt, en echter in één onderdeel geen 20 punten of meer heeft bereikt, mag slechts dat deel van het examen worden herhaald.
  • In ADN 9.1.0.40.2.16 (vast ingebouwde brandblusinstallatie voor bescherming van objecten) een groot aantal tekstuele wijzigingen.
  • In ADN 9.3.1, 9.3.2 en 9.3.3 een aantal wijzigingen op het gebied van brandveiligheid en te gebruiken constructiematerialen. Naast de te gebruiken materialen hout, aluminiumlegeringen, kunststoffen of rubber is nu in de hernieuwde tabel ook “glas” opgenomen:De in de ladingzone gebruikte verf mag bij slag- of gelijksoortige belasting ge vonkvorming kunnen veroorzaken.Alle in de woning en in het stuurhuis vast ingebouwde materialen, met uitzondering van meubels, moeten moeilijk ontvlambaar zijn. In geval van brand mogen ze geen gevaarlijke hoeveelheid rook of giftige gassen ontwikkelen.
  • Indien een onbemand duwstel over slechts één bron van aandrijving beschikt en de tweede bron van aandrijving door een ander bemand schip moet worden geleverd, moet in het Certificaat van Goedkeuring onder nummer 13, Extra opmerkingen, worden vermeld dat: “Indien gevaarlijke goederen worden vervoerd, moet de brandblusinstallatie permanent worden voorzien van energie door een ander schip naast de eigen bron van aandrijving”.